Offcanvas
Zoeken
Ervaringsverhaal Miriam over emotionele mishandeling

Ervaringsverhaal Miriam over emotionele mishandeling

Miriam heeft te maken gehad met emotionele mishandeling en lichamelijk verwaarlozing en huiselijk geweld. Zij wil graag haar verhaal delen om kinderen te laten weten dat zij het niet alleen hoeven te doen en hulp mogen vragen. 

‘’Ik ben blij dat ze mij zagen en daar iets mee deden, zodat ik de stap kon zetten die nodig was!’’ 

Ik maakte mee dat mijn ouders een licht verstandelijke beperking hadden en een alcoholverslaving. In de eerste jaren merkte ik daar nog niet veel van, maar vanaf mijn zevende kreeg ik er steeds meer last van. Mijn zusje had ook een licht verstandelijke beperking en het leek alsof mijn ouders steeds meer moeite kregen om te doen wat nodig was. Daarom nam ik thuis veel taken over, zoals bankzaken, administratie en het ondersteunen bij afspraken. 

Mijn ouders wisten niet goed hoe ze met stress en emoties om konden gaan, daardoor ontstonden er ruzies die vaak erger werden door het alcoholgebruik van mijn ouders. Ik probeerde ruzies te voorkomen door op stemmen te letten en onderwerpen te vermijden. Overdag lukte dat soms, maar ’s avonds in bed kon ik de ruzies niet tegenhouden. Vaak drukte ik een kussen op mijn hoofd om minder te horen van wat er geroepen werd. Pas als een van mijn ouders zo boos werd dat hij of zij naar de slaapkamer ging, eindigde de dag voor mij en kon ik gaan slapen. 

Ik leerde thuis niet hoe ik over mijn gevoelens en behoeften kon praten. Iedere keer als ik iets probeerde te delen, wisten mijn ouders niet hoe ze moesten reageren en ontstond er ruzie. Daardoor hield ik mijn gevoelens voor mezelf en voelde ik me erg eenzaam. Ook leerde ik niet hoe ik voor mijzelf kon zorgen. Hierdoor wist ik niet dat het belangrijk was mijn tanden te poetsen, mezelf te wassen, deodorant te gebruiken of te ontbijten.  

Op school deed ik mijn best, was ik aardig en haalde ik goede cijfers. Toch viel ik vanaf een bepaalde leeftijd steeds meer buiten de groep, had ik moeite met vrienden maken en werd ik vaker gepest. Ik trok me terug en dacht dat er iets mis met mij was. Thuis zei niemand dat het niet aan mij lag en op school leek niemand te zien dat het slecht met me ging, waardoor ik me nergens veilig voelde. Alleen tijdens het buitenspelen met buurtkinderen, bij mijn opa en oma met neefjes en nichtjes of tijdens het zwemmen kon ik even ontsnappen aan de stress en onbezorgd kind zijn. 

Tijdens de middelbare school periode stopte het pestgedrag niet en werd steeds duidelijker dat het niet goed met mij ging. Ik werd somberder en probeerde voor mijn klasgenoten onzichtbaar te zijn om de kans op pesten te verkleinen. In de laatste jaren van mijn middelbare school liep ik vast en verliet ik vaak de les. Toen zagen leerkrachten dat het niet goed met mij ging en mocht ik ervaren dat er ruimte was om over mijn problemen te praten. De somberheid die ik toen voelde, bleek achteraf het begin te zijn van een lange periode met depressies. 

Tijdens de gesprekken met leerkrachten ging het vooral over schoolzaken, zoals verslagen die ik niet af kreeg en de angst om voor de klas te staan bij presentaties. Ik kon op dat moment geen woorden geven aan wat ik thuis meemaakte en ook het pestgedrag durfde ik niet bespreekbaar te maken, omdat ik bang was dat dit de situatie zou verergeren. 

Op mijn vervolgopleiding veranderde veel. Ik hoorde bij een groep en werd niet meer gepest. Een docent zag al snel dat het niet goed ging en bood hulp aan. Omdat ik gewend was alles zelf te doen, nam ik die hulp eerst niet aan. Toen school aangaf dat zij verantwoordelijk waren omdat ik minderjarig was en dat ik een afspraak bij de huisarts moest maken, was ik daar niet blij mee. Maar achteraf ben ik blij dat ze mij zagen en daar iets mee deden, zodat ik de stap richting professionele hulp kon zetten. 

Daarna volgde een periode van ontdekken wat mijn thuissituatie en het pesten met mij hebben gedaan. Ik leerde mijn emoties te herkennen en te uiten, mensen te vertrouwen en dat ik niet alles alleen hoef te doen, maar ook hulp mag vragen. 

Ook nu ben ik nog bezig met leren dat ik de moeite waard ben en het ontdekken van wie ik ben en wat ik wil. Ik leer dat ik niet voortdurend op mijn hoede hoef te zijn voor signalen van gevaar, ruzie of afwijzing. Het heeft lang geduurd om te verwerken wat ik vroeger heb gemist, hoe mijn band met mijn ouders is en hoe alle onveilige situaties van vroeger invloed hebben gehad op mijn leven. 

Tegenwoordig zie en spreek ik mijn ouders niet zo vaak en ben ik grotendeels losgekomen van het zorgen voor hen. Ik heb mijn eigen veilige thuis, vriendinnen en lieve mensen om me heen, geniet van fijne momenten, durf weer vooruit te kijken en bouw langzaam vertrouwen op dat ik mijn leven aankan, met alle ups en downs die daarbij horen. Het is een proces, maar ik merk dat ik stap voor stap meer rust, veiligheid en plezier in mijn leven ervaar en ben trots op wie ik ben en ben mij bewust van de kracht en het doorzettingsvermogen die ik heb om ondanks mijn jeugd, de volwassene te zijn die ik nu ben.  

Het had mij kunnen helpen als leerkrachten op de basis- en middelbare school hadden gevraagd waarom ik zo stil was en meer inzicht hadden gehad in signalen van problemen. Met meer kennis en bewustzijn had ik misschien eerder de hulp kunnen krijgen die ik nodig had. Ik weet dat mijn ouders het beste met mij voor hadden, maar dat het hen niet lukte om te doen wat nodig was. Daarom had ik het fijn gevonden als iemand anders mij had kunnen leren wat mijn ouders mij niet konden leren. 

“Iedere persoon en elk eerder moment had het verschil kunnen maken.” 


Om de privacy te waarborgen zijn alle persoonsgegevens in dit ervaringsverhaal geanonimiseerd.

Over CARE-FREE

CARE-FREE is ontwikkeld om jongeren te informeren en professionals te ondersteunen bij het bespreekbaar maken van kindermishandeling.

lees ook

Succesvolle eerste bijeenkomst Burgerberaad MooiMaasvallei in Boxmeer

deel dit artikel