“Je hebt niet altijd grip op wat je overkomt, wél hoe je ermee omgaat”.
‘Deel je verhaal’ is een training waarin je leert om je ervaringsverhaal beter te delen. Burgerkracht Limburg geeft die training al geruime tijd. Mét succes, melden we bescheiden, maar ook met gepaste trots. Want verhalen delen werkt! Waarom dat zo is? Dát vertellen oud deelnemers Marcel Verhoeven en Helma Bannink van ‘Mens achter de Patiënt’ (MAP), Iris Dekkers (vrijwilliger bij Burgerkracht Limburg) en Eric Jansen (NAH ambassadeur en ervaringsdeskundige). Vier cursisten die op verschillende momenten instapten en deelnamen aan de trainingen. Samen kijken ze terug op hoe ze de training hebben ervaren en wat het hun gebracht heeft.
Een verhaal delen doet iets met een mens; maar wat is dat iets dan precies?
Dat íets is je persoonlijke verhaal over wat je is overkomen. Wat er gebeurd is en waardoor je leven een andere wending heeft genomen. Het vertelt hoe jíj nu in het leven staat en hoe je daar bent gekomen. Geen makkelijke verhalen. En hoewel de onderwerpen van verschillende aard zijn is er altijd dat gevoel van herkenning tussen mensen die ‘diep’ gegaan zijn.
Het tonen van kwetsbaarheid is de lijm van verbinding
De groepen komen vier keer bij elkaar. Opvallend is hoe snel de groepen zich ‘samenpakken’ en in korte tijd hecht worden. In het begin is het aftasten, je deelt toch iets heel persoonlijks. Gaandeweg stellen mensen zich open. Door een van de gespreksleiders wordt bewust het spits afgebeten doordat zij bij de eerste bijeenkomst haar eigen verhaal deelt. Helma: “Het draagt bij aan het gevoel van vertrouwen en veiligheid. Het betekent dat je een van ‘ons’ bent en maakt dat je jezelf bloot durft te geven. Dat doét er toe. Ik ben weer zelfverzekerd geworden, een gevoel dat ik door mijn aandoening een tijdje kwijt was. Als je van je verhaal geen drama maakt, maar het gewoon op tafel legt, is het voor de toehoorder ook beter te behapstukken.
Marcel: “Je aandoening is niet van belang, maar slechts de aanleiding dat je daar bent. Niks is raar. Alles mag er zijn, het is wat het is, zonder oordeel. Je hoeft niets uit te leggen of te verdedigen. De onderlinge acceptatie is duidelijk voelbaar.
De training en waar je achter komt
Tijdens de training wordt geoefend met het vertellen van de verhalen die de deelnemers zelf aandragen. De structuur en de opbouw van een verhaal komen aan de orde. De deelnemers worden uitgedaagd om binnen een bepaalde tijd en voor verschillende groepen te spreken. Iedereen zoekt naar een manier die voor hem of haar het beste past. Dat gaat in het begin vaak alle kanten op. De feedback die zowel de cursisten als de trainers geven is verhelderend. Je leert vanuit verschillende perspectieven kijken: “doe jij dat zo? Daar had ik zelf nog nooit aan gedacht!” Mensen pakken onverwacht door op een manier die ze misschien zelf niet direct hadden bedacht. Soms komen ze er tijdens de training achter dat de manier waarop ze het doen al prima past, of komen er juist achter dat ze het verhaal helemaal niet wíllen delen.
Groepservaring en opbouw
Tijdens de training blijf je ‘schaven’ aan je verhaal. De een had daar liever nog wat meer tijd, de ander vindt het juist genoeg. Tussen de tweede en derde week van de cursus zit een extra week tijd om thuis aan het verhaal te werken en de boel te laten bezinken. De opgedane ervaringen uit de verschillende groepen zijn – positief. De lesklapper met opdrachten wordt door de deelnemers als een goed hulpmiddel en duidelijk naslagwerk ervaren.
Er wordt geopperd om na een paar maanden een terugkomdag te organiseren – vooral als je de gelegenheid hebt gehad om het geleerde in de praktijk te brengen. Dat wordt deels ondervangen door met het organiseren van ‘Deel je Verhaal’ avonden voorafgegaan door inloopmomenten.
Gaandeweg leer je; het is wonderbaarlijk én ontroerend wat er allemaal gebeurt
Eric: “van buitenaf kun je te maken krijgen met onbegrip want wat je hebt is niet altijd zichtbaar. Toch is er meer ‘ruimte’ dan je denkt. Je mag ook zelf de vrijheid nemen om dingen aan te geven. Dat doe je misschien niet zo gauw maar het gebruiken van humor en durven te relativeren maken het minder zwaar en dan kun je verder.”
Iris: “Ik durf nu gewoon te zeggen dat ik de draad kwijt ben. Dat is immers wat mijn aandoening gewoon doet. Het gaat er niet om hoe je een verhaal ‘perfect’ vertelt maar dat je weet te ráken met je verhaal. Dat is wat ík geleerd heb. Oefenen, oefenen en vooral bij jezelf blijven, voélen wat je stijl is.
Verder is het verrassend hoe je tijdens de cursus regelmatig op het verkeerde been wordt gezet. Er zijn echt ‘top-twists’ waardoor je soms iets heel anders moet doen dan waar je je op had voorbereid. Dat is spannend maar juist daardoor leer je flexibel te zijn. Je verhaal komt krachtig over wanneer je in het moment durft te ‘spelen ’en ingaat op wat op dat moment goed voelt en je niet strak vasthoudt aan wat je van plan was.”
Wat de deelnemers nog meegeven
De laagdrempeligheid van de training is heel fijn maar je mag ook iets verwachten van de cursisten, zoals serieus het huiswerk maken!
En verder…vooral doorgaan met de cursus zoals die is en de warmte en de openheid die jullie bieden koesteren. De algemene tendens is van het verhaal: “ik heb er heel veel van geleerd.” Dáár doen we het voor!
In Memoriam Joyce Kleij
Joyce was een gewaardeerde collega en vooral een geliefd mens.
Bij Burgerkracht Limburg voelde zij zich thuis.
Ze wist dat ze hier écht iets voor anderen kon betekenen en dat deed ze ook.
Ze vervulde meerder rollen met enthousiasme en de training ‘Deel je verhaal’ was haar grote trots. ze noemde het vaak haar ‘kindje’. Met recht, want deze training kwam recht uit haar hart en raakte veel mensen.
Met haar open blik, warme houding, glimlach en zachte stem gaf ze mensen een veilige plek. Daardoor durfden zij hun verhaal te delen en gingen ze hun eigen ervaring in een ander licht zien. Ze liet zien hoe waardevol het is om écht naar elkaar te luisteren en elkaar te zien.
Dat bracht mensen dichter bij zichzelf én bij elkaar.
Joyce, heeft een blijvende indruk achtergelaten.
We missen je meer dan woorden kunnen zeggen, maar we zijn dankbaar voor alles wat je ons hebt gegeven.
Jouw woorden ‘Je bent niet alleen’ en ‘Durf te vragen’ blijven ons bij.
Het MamaCafé
In een tijd waarin bijna alles digitaal wordt, is de behoefte aan écht contact groter dan ooit. Dát biedt het MamaCafé. Kennis, steun, maar vooral verbinding is waar het bij het MamaCafé in Roermond om draait. Wat begon met een paar kopjes thee en een koekje in een speeltuin, groeide uit tot een bijzondere ontmoetingsplek voor ouders in Roermond en omstreken. Opgezet door een vrouw met een missie, iemand die uit eigen ervaring weet hoe het is om in de “tropenjaren” te zitten – met slapeloze nachten, zorgen om je kind, en het gevoel dat het allemaal op jouw schouders terecht komt. “Ik heb drie huilbaby’s gehad. Mijn jongste twee zijn zelfs in het ziekenhuis opgenomen. Op het moment dat je denkt: nu komt er lucht, nu gaat de jongste bijna naar school… kwam ik zelf in een heftige burn-out terecht. Alles wat ik had vastgehouden, kwam eruit.” De zorgen om je zieke kind/kinderen, de coronatijd thuis met drie en proberen te voldoen aan het perfecte plaatje om ‘alle ballen in de lucht houden’. Ze praat er open over. Eerlijk. Zonder opsmuk. En precies dát maakt haar zo geloofwaardig. Ze weet hoe het is als je moeder wordt en niemand vraagt echt hoe het met jou gaat. Dat je op Instagram alleen maar perfecte plaatjes ziet. Dat je soms schreeuwt om hulp, maar niemand het hoort.
Hoe het begon
Als jonge moeder verhuisde Gertrud vanuit de Randstad terug naar Limburg: “Ik had geen netwerk meer en zat alleen met kleine kinderen thuis tussen vier muren. Aan den lijve heb ik toen ervaren hoe eenzaam en zwaar die eerste jaren kunnen zijn. Het is niet automatisch zo dat ouders na de geboorte van hun baby terecht komen in een roze wolk; het kan ook een grijze of zelfs zwarte wolk zijn. Ik ontdekte het toenmalige MamaCafé in Roermond (destijds nog gericht op borstvoeding). Toen de oprichtster ermee stopte, twijfelde ik geen moment en maakte een doorstart in2020. Maar wél op mijn manier. Ik vroeg om volledige vrijheid – en die kreeg ik.
Toen heb ik alles opnieuw opgebouwd, met enkel een Facebookgroep en de naam als uitgangspunt. Met mijn achtergrond als Sociaal Pedagoog in zware jeugdhulpverlening, vrouwenopvang en begeleiding van ‘multi-problem gezinnen’, wist ik hoe waardevol het is om er niet alleen voor te staan. Mijn hart ligt bij gezinnen. Vanuit mijn werk weet ik hoe belangrijk het is om preventief te werken: ouders ondersteunen, zodat kinderen veilig en gezond kunnen opgroeien. Want de kinderen van nu zijn de volwassenen van straks.
Waar we nu staan
Inmiddels zijn we vijf-en-een-half jaar verder en is het MamaCafé Roermond uitgegroeid tot een
bloeiende community en telt de Facebookpagina meer dan 800 volgers. Ook via Instagram groeit onze community. Het begon als een klein koffiemoment (de oprichtster betaalt de koffie en thee soms zelf -niet omdat ze het kan missen, maar omdat ze gelooft dat een koffiemoment er echt bij hoort). Elke derde woensdag van de maand komen ouders samen op een plek waar niks moet, maar alles mag. In de winter zitten we in de stadsbibliotheek en zomers buiten in speeltuin de Kitskensberg. Je hoeft je niet aan te melden, er is geen drempel. Soms zijn er vijf ouders, soms dertig. Maar altijd is er ruimte voor verbinding, een luisterend oor.
Elke maand organiseren we bijeenkomsten – om de maand met een gastspreker over thema’s rondom kinderen van 0 tot 4 jaar, van draagdoekconsulent tot voedingscoaches. Er wordt peuterdans gegeven, een slaapcoach geeft advies, peutergym, kinder-EHBO en muziek op schoot. Alles draait om ontmoeting en uitwisseling. En bovenal: alles is op vrijwillige basis. In de zomervakantie maken we er een picknick van, waar ook oud-bezoekers op afkomen. Wat het MamaCafé bijzonder maakt? Het is volledig vrijwillig opgezet en uitgevoerd. Ik doe dit zonder subsidie of vaste ondersteuning. Toch organiseer ik kledingbeurzen, wandelingen, mama-dates, en zelfs een carnavalsoptocht. We hebben een appgroep met ruim 90 moeders waar alles gedeeld wordt: vragen, ervaringen, spullen, steun. Ouders helpen elkaar. En dat is precies waar het om draait.
“Als je eenmaal bij het MamaCafé bent geweest, hoef je nooit meer alleen te zijn”
In een wereld waar alles sneller lijkt te gaan, waar ouders soms het niet meer weten, is er één plek waar je gewoon even mag zijn. Waar je welkom bent zoals je bent met wallen onder je ogen, metvragen in je hoofd, of gewoon met je kindje op schoot. Die plek is het MamaCafé. De kracht zit in de herkenning. Iemand zegt: “Mijn kindje heeft uitslag.” Drie moeders reageren meteen geruststellend: “Oh, dat is gewoon de zesde ziekte. Gaat vanzelf over.” Dat soort gesprekken halen spanning weg. Je voelt: ik ben niet alleen.
Mijn droom?
Dat ik dit werk mag blijven doen, liefst beroepsmatig. Dat er ruimte komt – in beleid én financiering –om preventieve, verbindende initiatieven als die van mij verder te laten groeien. Want als je een ouder ondersteunt, geef je een kind de kans om veilig en gezond op te groeien. Daar begint alles mee. Vooralsnog regel ik alles zelf – van de planning en communicatie tot het contact met locaties. Gelukkig krijg ik bij grotere evenementen, zoals de kledingbeurs, hulp van andere moeders in de opzet en uitvoering. Ik vind het belangrijk om ook anderen te stimuleren om initiatief te nemen. Als iemand een goed idee heeft, zoals de kledingbeurs – help ik graag om dat via het MamaCafé te realiseren.
De kracht van een burgerinitiatief
Ondanks het succes draait alles nog steeds op vrijwillige inzet. Subsidie is er niet, maar wél veel betrokkenheid. Gertrud heeft aanvragen gedaan, echter zonder resultaat, maar ze laat zich niet ontmoedigen. Ze meldde zich aan voor EmPOWER jouw initiatief en won zelfs de tweede prijs – een geldprijs van €500 die ze zorgvuldig wil inzetten: voor flyers, kerstcadeautjes voor de kindjes, of een attentie voor de vrijwilligers. “Je kunt zoveel doen met weinig middelen – als je het maar met je hart doet. Toch begint het na vijfeneenhalf jaar weleens te wringen. Gelukkig dragen ouders soms vrijwillig bij, en werken we samen met lokale partijen zoals de bibliotheek, de Groene Transformator en Sportservice Roermond. Maar structurele steun zou enorm helpen daarom deed ik ook mee aan EmPOWER jouw Initiatief.
Dromen over de toekomst
“Het mooiste aan het MamaCafé? De relaties die ontstaan. Ouders die elkaar voor het eerst spreken,
en jaren later nog steeds contact hebben. Moeders die elkaar ontmoeten tijdens een wandeling in coronatijd en vriendinnen worden. Een vader uit Canada die langskomt met zijn gezin en geraakt wordt door het concept. Ik had laatst een moeder die zei: ‘Ik heb lang getwijfeld, maar ik ben er toch’.
Toen heb ik haar meteen gecomplimenteerd. Want als je die drempel over durft, heb je de grootste stap al gezet.” Dromen zijn er. Het Café floreert. Maar het blijft allemaal draaien op één persoon, met de hulp van vrijwilligers en een partner die achter me staat. “Mijn wens? Dat iemand zegt: ‘Wat jij doet is zó waardevol, wij willen dat je dit groter maakt.’ Dat een organisatie of gemeente zegt: ‘Kom voor ons werken. Of laat ons jou inhuren als zzp’er.’ Want ik weet: dit werkt en het bewijs is er. Ouders hebben dit nodig. Dat weet ik niet alleen uit ervaring, maar ik zie elke maand opnieuw wat er gebeurt als je mensen samenbrengt. Als je de ruimte geeft om écht te praten. Als je laat zien dat hetouderschap niet altijd licht is, maar dat je er niet alleen in hoeft te staan.
Eén boodschap blijft hangen:
“Als je eenmaal bij het MamaCafé bent geweest, hoef je nooit meer alleen te zijn.” Geen slogan. Gewoon de waarheid!
Het is officieel: zorgverzekeraars CZ en coöperatie VGZ hebben het transformatieplan “Mentale gezondheid voor iedereen in Zuid-Limburg” bekrachtigd. Dit is een belangrijke stap richting een gezondere regio, waarin mentale veerkracht en passende ondersteuning centraal staan.
Vanaf nu kunnen we écht aan de slag met het realiseren van onze ambities.
Wat willen we bereiken?
Welke thema’s staan centraal?
Hoe doen we dat?
Door een sterke samenwerking tussen huisartsen, ggz-aanbieders, welzijnsorganisaties, zorgverzekeraars, gemeenten én inwoners. De samenwerkingspartijen zijn Mondriaan, MIK & PIW Groep, Incluzio, HuisartsenOZL, LEVANTOgroep/ NOVIzorg, Lionarons GGZ, Meditta, MET GGZ, Mens GGZ, ZIO, Zuyderland GGZ, CZ, VGZ, MUMC+, Burgerkracht, Gemeente Heerlen, Gemeente Maastricht, Gemeente Sittard-Geleen, De vrijgevestigde psychologen en kleine instellingen verenigd in Psyzorg Zuid-Limburg, GGD Zuid-Limburg, Platform Zuid GGZ & OGGZ PsyQ, Summa, Radar, VIGO groep, Welzijnsgroep Parkstad Limburg.
Han von den Hoff, directeur van Burgerkracht Limburg legt hieronder uit waarom dit plan zo belangrijk is — en waarom we het alleen samen kunnen waarmaken.
Meer weten over het transformatieplan? Bekijk dan de website https://mentalegezondheidzl.nl/

Test
Praat jij wel eens met iemand die hetzelfde heeft meegemaakt?
Zelfregie kan van onschatbare waarde zijn voor mensen wanneer je een ander kunt helpen met jouw eigen ervaring. Iedereen heeft in zijn leven wel iets meegemaakt dat helpend voor een ander kan zijn.
Wat is uw boodschap bij dat niet-alledaagse woord Zelfregietool?
‘Heb je behoefte aan een luisterend oor, maar weet je niet waar je terechtkan? Of moet je lang wachten totdat er echt naar jou wordt geluisterd? Wij kunnen voor jou op zoek gaan naar iemand met dezelfde ervaring. Praten met iemand die hetzelfde heeft meegemaakt, helpt.’
Het vinden van mensen die tobben met vragen in soms de uithoeken van de maatschappij, lijkt mij een uitdaging. Welke instrumenten gebruikt u om hen te bereiken?
‘We bereiken mensen via sociale media, podcasts, dagbladen en er is de zelfregietoolwebsite.’
Dat leidt regelmatig tot mooie reacties. “Het was fijn om eens te praten met iemand die hetzelfde meemaakt. Door mijn chronische ziekte voel ik me vaak een last. Ik wil niet de ziekte zijn, want ik ben meer dan dat. Daardoor voel ik me alleen en onbegrepen. Door met iemand te praten, weet je dat je niet de enige bent.”
Bevlogen en betrokken óók als vrijwilliger
Meer dan tien jaar is Anja (62) met veel plezier vrijwilliger en op vele fronten. In haar oorspronkelijke ‘werkleven’ was ze fysiotherapeute en runde ze een praktijk in Venray.
Maar toen 21 jaar geleden MS bij haar geconstateerd werd wist ze dat hierdoor haar reguliere ‘werkende leven’ ten einde zou lopen. Toch heeft ze het nog 10 jaar volgehouden. Op het laatst met hangen en wurgen.
‘Stoppen met werken betekent voor mij niet zonder bezigheid zitten; ik wilde invulling hebben – ook na mijn werkend bestaan’
Tussentijds had ze al om zich heen gekeken en vrijwilligerswerk gevonden bij patiëntenvereniging Freya. Een vereniging voor mensen met vruchtbaarheidsproblemen. Dus toen ik in 2013 stopte met werken zat ik niet zonder bezigheid maar ging ik meteen verder. Op een heel ander vlak en een andere manier, als bestuurslid. Voordat mijn maximale termijn eindigde ben ik ook van hieruit tijdig verder gaan kijken.
‘Burgerkracht Limburg en Zuyd Hogeschool; er is zoveel waar je je steentje aan kunt bijdragen en: wie op zoek is vindt wat!
“In de krant zag ik een vacature als vrijwilliger bij het voor Huis voor de Zorg. Er werden patiëntvertegenwoordigers gezocht waarbij ook de mogelijkheid werd geboden om hiervoor een korte opleiding te volgen. Dat paste wel in mijn straatje. Ik heb gesolliciteerd en rolde daarna van het één in het ander. Inmiddels ben ik aan de slag bij Burgerkracht Limburg waar ik onder andere betrokken raakte bij projecten als MS Zorg Plus en PxZorg (een visie op hoe verschillende organisaties gezamenlijk zorg organiseren in Noord-Limburg, sámen met de patiënt). Ook bij Zuyd Hogeschool kon ik aan de slag en werk ik al langdurig mee in verschillende projecten zoals een project fysiotherapie. In dit project proberen we het oefenen van mensen na een hersenbloeding te verbeteren. Zo is er bijvoorbeeld een set kaarten ontwikkeld om fysiotherapeuten te helpen met het zich eigen maken van nieuwe methodes. Indirect blijf ik op deze manier betrokken met mijn arbeidsverleden”.
Een ander project waar Anja warm voor loopt is het prijswinnende project ‘Zie en hoor de cliënt’, een logopedieproject waar ze samen met het onderzoeksteam van Zuyd Hogeschool onderzocht hoe je vragenlijsten effectief kunt inzetten. Daarbij houden we rekening met patiënten die taalverwerkingsproblemen (afasiepatiënten) hebben.
Afronden, een prijs winnen en meteen weer verder kunnen gaan
“We probeerden dus om communicatie te verbeteren. Dat is goed gelukt. Het project won een ‘Open Science Award’ en werd na afronding breder getrokken. Het vervolg hierop is het project: ‘Nu begrijp ik je! (en ja: ik doe mee). Dit project wil bijdragen aan een inclusieve samenleving. Ook een gemeente en een woningbouwvereniging zijn inmiddels bij het project betrokken. Naast taal wordt nu ook serieus naar bejegening gekeken Daar komen concrete zaken uit. Zo heeft de woningbouwvereniging hun vragenlijst al flink kunnen verbeteren. Uit het project komen richtlijnen en tips naar voren om (nog beter) te communiceren met (kwetsbare) burgers. Het project moet iets opleveren en dat doet het ook. Er komen hele praktische zaken aan het licht waar we ons voordeel mee kunnen doen. Zo zijn er zijn meerdere en helderder brieven geformuleerd, die toegankelijk en uitnodigend zijn gemaakt, maar vooral op het organisatorische vlak zijn nog heel wat hobbels te nemen. Een uitdaging!”
Van professional naar vrijwilliger; mijn intrinsieke motivatie is hetzelfde als vroeger:
‘Ik wil de zorg verbeteren!’
“Voor mij betekent vrijwilliger zijn invulling ná mijn werk. Ik ben 100% arbeidsongeschikt verklaard, ontvang een uitkering en vind dat ik best wat terug mag doen voor de maatschappij. Mijn interessegebied is groot. Ik haal er veel voldoening uit, vind het leuk om te doen. Mijn intrinsieke motivatie is dezelfde als vroeger. Ik wil zorg verbeteren. Vroeger was ik een praktijkmens en had direct contact met patiënten. Nu is dat meer overkoepelend, abstracter en op afstand, maar nog steeds probeer ik zorg een beetje beter te maken. Dat betekent soms een lange adem hebben en kan frustrerend zijn, maar blijft nog steeds boeiend en de moeite waard”.
Vrijwilligerswerk en de toekomst.’ Kom de jonge mensen tegemoet en zet projectmatiger in. Alles wat je kunt bijdragen is goed. Het hoeft niet allemaal zo moeilijk, áls het maar meerwaarde heeft’
“Hoe we in de toekomst effectief met het vrijwilligerstekort om kunnen gaan? ‘Het wordt vaak gezien als een opgave maar het levert jezelf ook zoveel op. Vrijwilligerswerk kun je doen op verschillende niveaus. Je lang aan iets verbinden is niet meer van deze tijd. Kom jonge mensen tegemoet en zet ze projectmatig in, dan is het te overzien. Vrijwilliger zijn is niet iets wat opgelegd moet worden. Vrijwilligerswerk moet behapbaar blijven. Zoek iets dat bij je past. Ik vind het leuk om mensen te inspireren en wordt zelf ook geïnspireerd. Het is leuk om met jonge mensen te werken, want die kijken anders. Als vrijwilliger voor de hersenstichting kom ik veel jonge mensen tegen. Mensen met een niet aangeboren hersenafwijking en wat die allemaal nog doen…
Dat ontroert, maar inspireert me ook. Petje af. Mooie wisselwerking. Generatiekloof op sommige dingen? Ja, ouderen voelen zich vaak plichtmatig betrokken. Jongeren denken daar anders over”.
Ga jij nog een poosje verder als vrijwilliger?
“Jazeker (lachend). Ik kan nog wel even door. Ik ben aan een studie begonnen en doe onderzoek naar patiënten participatie. Dat is ingewikkeld maar vanuit mijn achtergrond is het makkelijker om me in te leven. Ik zit nu aan de patiëntenkant, maar snap ook waar onderzoekers en zorgverleners tegen aan lopen. Voorlopig ben ik daar nog wel even zoet mee omdat het niet meer zo snel gaat vanwege het energiepeil. Gelukkig kan ik mijn eigen tijd indelen want soms is het moeilijk om de juiste balans te houden. Ik vind zoveel leuk en loslaten is moeilijk. Maar ik krijg energie wanneer iets me lukt. Vrijwilligerswerk verrijkt je.
Voor mezelf voeg ik daaraantoe: ‘denk in mogelijkheden’; eigenlijk mijn levensmotto!”
‘Zijn wie je bent. Beter kun je volgens mij niet worden.’
‘Zijn wie je bent’ dat is de naam van mijn praktijk in Hegelsom. Daar is alles mee gezegd en dat is ook wat Positieve Gezondheid uitdraagt. Soms gaat het leven moeizaam dat het even niet meer lukt. Onverwacht word je met tegenvallers, problemen, verlies geconfronteerd waardoor je jezelf opnieuw uit moet vinden. Dat gaat met vallen en opstaan. Iedere dag opnieuw ervaar ik in mijn contact met cliënten dat ‘gezond zijn’ meer is dan de afwezigheid van ziekte. Het gaat ook om meedoen in de maatschappij, zingevend bezig zijn en je nuttig voelen.
Én het gaat ook om de vraag ‘Leef je je leven zoals JIJ dat belangrijk vindt en waarin JIJ tot je recht komt, met alles wat je leven je toebedeeld’? Dát onderzoeken en jezelf onder de loep nemen, de (soms pijnlijke) zelfreflectie en ontdekken dat je een keuze hebt. Een keuze om te blijven doen wat je altijd deed óf om het anders te gaan doen.
Op deze manier word je als vanzelf meer naar positieve gedachten toe getrokken. Het is mooi om dan te zien dat mensen ontdekken dat ze meer zijn en kunnen dan ze voor mogelijk houden. Het gedachtengoed van Positieve Gezondheid is daarbij een goede leidraad. Door (soms spannende) stappen te zetten, te groeien leer je je eigen keuzes weer te vertrouwen.
Een duurzame verandering die je uit jezelf teweegbrengt.
Rouwverwerking
In mijn praktijk bied ik ook hulp bij rouwverwerking. We denken bij Verlies vaak aan het overlijden van een dierbaar persoon. Verlies heeft echter veel gezichten, denk maar aan verlies van Gezondheid, Vertrouwen, Veiligheid, Geloof, Hoop, toekomstperspectief en Vanzelfsprekendheid.
Dit alles kan maken dat het moeilijk is om de draad weer op te pakken. Hoe meer pijn het doet om ergens aan te denken, des te meer je soms de neiging hebt om het weg te drukken. Dat werkt mogelijk tijdelijk maar komt vaak als een boomerang terug op je bord.
Wat meespeelt is wat je van huis uit hebt meegekregen, je opvoeding en wat je geleerd hebt. Mogelijk ben je als kind een keer gestraft, afgewezen of genegeerd bij het tonen van emoties. Zonder daar overigens een oordeel over te hebben want dingen gaan zoals ze gaan. Heb je in je nest van herkomst de taal van het ‘voelen’ geleerd? Was er ruimte om over tegenslag, verandering en verlies te praten. En niet alleen over praten maar ook beleven, onderzoeken, erkennen? Werd het gezien, mocht het er zijn?
Het gaat erom om te zien wat je in ‘je nest van herkomst’ bent tegengekomen én welk verhaal jíj daar zelf van hebt gemaakt.
Het begint altijd met je verhaal en de bewustwording dat we ‘in dat nest’ heel veel hebben gekregen en ook hebben gemist. Meestal wordt er dan ergens wel een zaadje geplant waardoor je verder kunt.
Door het bieden van veiligheid, vertrouwen, te laten, te luisteren en vooral de ander in diens proces te laten, diens eigen onderzoek te laten doen.
Informele zorg wordt steeds belangrijker. Er wordt steeds meer een beroep gedaan op inwoners om zelf regie te nemen over hun leven en ook zorg te dragen voor elkaar. De afgelopen 3 jaar hebben wij vanuit Burgerkracht Limburg gewerkt aan het versterken van de samenwerking tussen de formele- en de informele zorg in de Mijnstreek. Dit project is mede mogelijk gemaakt door VEZN, met financiering van CZ
Dit hebben we gedaan vanuit de drie pijlers van informele zorg: Mantelzorg, Zelfregie en Vrijwilligers. We hebben bij zowel inwoners als professionals opgehaald wat zij nodig hebben om tot samenwerking te komen. Dit hebben we onder andere gedaan d.m.v. gesprekken, behoeftepeilingen en bijeenkomsten Daarnaast hebben we mooie verbindingen kunnen maken tussen formele- en informele zorg.
Informele zorg is zorg en ondersteuning die wordt gegeven door mensen die dat niet als hun beroep doen en er dus ook niet voor betaald worden
Informele zorg door vrijwilligers is een van de drie pijlers van informele zorg, naast mantelzorg en zelfregie. Onder informele zorg door vrijwilligers kun je zowel hulp door vrienden, kennissen en buren verstaan, als meer georganiseerde vormen van informele zorg vanuit organisaties als welzijnsorganisaties, buurt-/bewonersinitiatieven, zorginstellingen of religieuze organisaties
Vrijwilligerswerk doen in de informele zorg is een mooie optie voor mensen die zich willen inzetten voor een ander. Veel vrijwilligers geven aan dat ze het fijn vinden om iets voor een ander te kunnen betekenen, dat het veel voldoening geeft om ergens nuttig te zijn en om jezelf te kunnen ontwikkelen. Helemaal als het vrijwilligerswerk goed past bij jouw interesses, talenten en belastbaarheid.
Veel organisaties hebben moeite met het vinden en behouden van vrijwilligers. Het aantal vrijwilligers dat zich voor langere tijd structureel wil binden aan een taak of een organisatie neemt nu eenmaal af (bron: noaberzorg/BKL). Sommige organisaties lukt het echter prima om vrijwilligers te vinden. Wat kunnen we van hen leren? En wat geven vrijwilligers zelf aan nodig te hebben? Wij zijn hier achteraan gegaan en hebben recente kennis over vrijwilligerswerk in de informele zorg, aangevuld en getoetst met ervaring van mensen uit de lokale Limburgse praktijk, en omgezet in een aantal tips en tools voor organisaties in de (in)formele zorg
Met dank aan:
De Thoésvrijwilliger, Peel en Maas; Knooppunt Informele zorg Sittard-Geleen; Maatjesproject Stand-by/Alcander Heerlen; Meander/ Ruggesteun, steunpunt voor mantelzorgers Parkstad; MIK-PIW opbouwwerk Sittard; Noaberzorg Roggel; POH-ggz Huisartsenpraktijk De Wit Heerlen; Vraagverbinder van de Zelfregietool, Vrijwilligers Norbertuswijk Horst aan de Maas; Vrijwilligerscentrale CMWW Brunssum; Wijkverpleging Envida, Meerssen; WMO-consulent Horst aan de Maas; Woonvoorziening Hoeve Overhuizen Meander; WoTo-leeratelier in Beek; alle vrijwilligers, zorgvragers en mantelzorgers die we onderweg gesproken hebben.